Sinds kort verdiep ik me in het onderwerp innovatie. Innovatie in de zin van doelbewuste verandering om verbetering en vernieuwing te brengen. En zo ben ik al snel bij de kern: verbetering en vernieuwing. Begrippen die dicht bij elkaar liggen, maar tegelijkertijd ook tegenstrijdige eisen stellen aan de organisatie die ze nastreeft. Waarom is dat zo?
Verbetering is de incrementele, beheerste verandering die belangrijk is om een product of dienst te optimaliseren voor een klant. Daarvoor heb je een organisatie nodig die ingericht op die beheersing van de configuratie van het product of de dienst. Denk hierbij aan de optimalisatie van een nieuw model auto in de loop van de jaren. Een belangrijk aspect hierbij is de economie: het optimaliseren van de marge op het product of de dienst. Kostenbewustzijn met behoud van kwaliteit is daar een essentieel onderdeel van.
Vernieuwing is de activiteit om veranderingen te bewerkstelligen die geen optimalisaties van een bestaand product zijn, maar geheel nieuw. Bijvoorbeeld een nieuw model auto voor een nieuwe marktsegment. Bijvoorbeeld een elektrische auto in plaats van een auto die op fossiele brandstoffen rijdt. Dan is er een hoop creativiteit en nieuwe technologie nodig om dat voor elkaar te krijgen. Kostenbewustzijn kan dan juist een belemmering zijn om nieuwe wegen te bewandelen.
Kunnen omgaan met de tegenstrijdige eisen van verbetering versus vernieuwing blijkt belangrijk te zijn voor het succes van een organisatie. In de literatuur wordt deze organisatievaardigheid ambidexterity genoemd: het (letterlijk) hebben van twee rechterhanden.
Al onderzoekend hoop ik regelmatig wat bevindingen, gedachten en overwegingen via de blog te delen. Als iemand wil meedenken via reacties op de posts, graag!
Beste Kees,
Bedankt voor je reactie. Jammer dat ik je boek niet heb ;-). Maar ik ga de derde optie zeker meenemen bij het kijken naar geschikte invalshoeken in het licht van de organisatie van innovatie.
Aad
Beste Aad,
Je definities sluiten mooi aan wat ik in Kwaliteitsmanagement in de praktijk heb aangegeven in paragraaf 14.5. Ik noem daar nog een derde optie ‘ontwikkelen’ in navolging van Swieringa en Wierdsma met nog verderstrekkende consequenties.